Instrukcja obsługi First Alert SC05CE
First Alert
Detektor dymu
SC05CE
Przeczytaj poniżej 📖 instrukcję obsługi w języku polskim dla First Alert SC05CE (2 stron) w kategorii Detektor dymu. Ta instrukcja była pomocna dla 25 osób i została oceniona przez 13 użytkowników na średnio 4.7 gwiazdek
Strona 1/2
INTRODUCTIE
Alle FirstAlert Rookmelders voldoen aan wettelijke
voorschriften, met inbegrip van EN 14604:2005
en zijn ontworpen om verbrandingsdeeltjes te
detecteren. Rookdeeltjes van verschillende aantal
en grootte worden in alle branden geproduceerd.
Foto-elektrische/Optische technologie is over het
algemeen gevoeliger dan ionisatie-technologie
in het detecteren van grote deeltjes, die meestal
worden geproduceerd in grotere hoeveelheden
bij smeulende branden, die urenlang smeulen
alvorens vlam te vatten. Bronnen van deze branden kunnen onder meer
sigaretten zijn die vlam vatten in banken of bedden.
Volg veiligheidsvoorschriften en voorkom gevaarlijke situaties: 1) Gebruik
rookwaren op de juiste wijze. Rook nooit in bed. 2) Houd lucifers of aanstekers
weg van van kinderen, 3) Bewaar brandbare materialen in de juiste containers;
4) Houd elektrische apparaten in goede staat en veroorzaak geen overbelasting
van het elektriciteitsnet; 5) Houd fornuizen, barbecues, open haarden en
schoorstenen vet-en vuil-vrij; 6) Nooit iets op het fornuis laten zonder toezicht;
7) Houd draagbare kachels en open vuur, zoals kaarsen, uit de buurt van
brandbare materialen; 8) Zorg ervoor dat afval zich niet ophoopt.
Houd melders schoon, en test ze wekelijks. Vervang melders onmiddellijk als
ze niet goed werken. Rookmelders die niet werken kunnen u niet waarschuwen
voor een brand. Houd minstens een werkende brandblusser op elke
verdieping, en een extra in de keuken met een branddeken. Heb brandtrap
ladders of een andere betrouwbare voorziening voor ontsnapping uit een
bovenste verdieping in het geval de trap worden geblokkeerd.
BELANGRIJK:
• Gevaar, Waarschuwingen en Pas Op vermeldingen waarschuwen u voor
belangrijke bedienings-instructies of potentieel gevaarlijke situaties.
Besteed speciale aandacht aan deze items.
• Deze Rook/CO melder is geschikt voor gebruik in individuele
appartementen, Het is NIET bedoeld voor boot of caravan gebruik.
LET OP:
• Deze combinatie Rook/koolmonoxidemelder heeft twee aparte alarmen.
De CO-melder is niet ontworpen om brand of een ander gas op te sporen.
Het geeft alleen de aanwezigheid van koolmonoxide op de sensor weer.
Koolmonoxide gas kan aanwezig zijn in andere plaatsen. De Rookmelder
kan alleen de aanwezigheid van rook die de sensor bereikt aangeven. De
Rookmelder is niet ontworpen om gas, warmte of vlammen te voelen.
WAARSCHUWING:
• Deze Rook/CO melder is geschikt voor gebruik in individuele
appartementen, Het is NIET bedoeld voor boot of caravan gebruik.
• Deze combinatie Rook/koolmonoxidemelder heeft twee aparte alarmen.
De CO-melder is niet ontworpen om brand of een ander gas op te sporen.
Het geeft alleen de aanwezigheid van koolmonoxide op de sensor weer.
Koolmonoxide gas kan aanwezig zijn in andere plaatse. De Rookmelder
zal slecht de aanwezigheid van rook die de sensor bereikt aangeven. De
Rookmelder is niet ontworpen om gas, warmte of vlammen te voelen.
• Deze Rook/CO-melder kan niet werken zonder werkende batterijen.
Het verwijderen van de batterijen om welke reden dan ook, of het
niet vervangen van de batterijen te vervangen aan het einde van hun
levensduur, neemt bescherming weg.
• NOOIT een melding negeren. Zie “Als uw rook/CO melder afgaat” voor
meer informatie over hoe te reageren op een melding. Het negeren van de
melding kan leiden tot letsel of de dood.
• De Stilte Functie is er voor uw gemak en zal een Rook/CO probleem niet
oplossen. Controleer altijd uw huis voor een potentieel probleem na een
melding. Het negeren van de melding kan leiden tot letsel of de dood.
• Dit product is bedoeld voor gebruik in normale ruimtes van de
gezinswooneenheden. Het is niet bedoeld om CO niveaus te meten in
overeenstemming met de Occupational Safety en Health Administration
(OSHA) commerciële of industriële normen. Personen met aandoeningen
die hen meer gevoelig voor koolmonoxide maken kunnen overwegen
gebruik te maken van waarschuwingstoestellen die akoestische en visuele
signalen voor koolmonoxide geven concentraties onder de 30 ppm. Neem
voor meer informatie over koolmonoxide en uw medische conditie contact
op met uw arts.
• De melder niet installeren waar het kan worden blootgesteld aan
druppelend water of water kan opspatten.
INSTALLATIE
WAAR DEZE MELDER INSTALLEREN
Het installeren van rookmelders in eengezinswoningen British Standards
(BSI) raadt een rookmelder aan op elke verdieping, in elke woonkamer, en
in elke slaapkamer of slaapruimte. Zie “Britse Standards (BSI) Aanbevelingen
“voor details. Voor extra dekking, is het aanbevolen dat u ook een rookmelder
installeert in de gangen, opslagruimtes, afgewerkete zolders en dakruimtes.
Zorg ervoor dat er geen deur of ander obstakel de rook belemmert om de
rookmelders te bereiken of het geluidsniveau minimaliseert.
Dat er voor zorgt dat de bewoners het alarmsignaal horen.
Meer in het bijzonder installeer Rook/CO melders:
• Waar temperatuur normaliter tussen 4 °C (40 °F) en 38 °C (100 °F) blijft.
• Op elk niveau van uw woning, met inbegrip van afgewerkte zolders.
• In elke slaapkamer, vooral als mensen slapen met de deur dicht.
• In de hal bij elke slaapkamer. Als uw woning meerdere slaapkamers heeft,
installeert u een eenheid in elke slaapkamer. Als een hal meer dan
7,5 meter (25 voet) lang is, installeer een melder aan elk uiteinde.
• Aan de bovenkant van de eerste naar de tweede verdieping en de
bijbehorende trappen, en onderaan bij de trap van de begane grond.
Zolder
Garage
Woonkamer
Slaapkamer
Keuken
Slaapkamer
Rook/koolmonoxidemelders
Hittemelder
Koolmonoxidemelder belangrijke locaties
Aanbevolen plaatsing
BELANGRIJK: Specifieke eisen voor Rook/CO-melder installatie kunnen
verschillen van regio to regio. Neem contact op met uw lokale brandweer en
bouwtoezicht voor de huidige eisen in uw omgeving.
• Bij het installeren aan de muur, moet de bovenrand van Rook/CO-melder
worden geplaatst tussen 102 mm (4 inch) en 305 mm (12 inch) van de wand/
plafond lijn.
• Bij het installeren op het plafond plaatst u het alarm zo dicht mogelijk bij
het centrum als mogelijk is.
• In beide gevallen installeer ten minste 102 mm (4 inch) van waar de wand
en plafond samenkomen. Zie “Het vermijden van Dode Lucht Ruimten”
voor meer informatie.
LET OP: Zorg ervoor in elke locatie dat er geen deur of ander obstakel
koolmonoxide of rook zou kunnen belemmeren in het bereiken van de melder.
WAAR DIT ALARM NIET MAG WORDEN GEINSTALLEERD
Plaats deze Rook/CO-melder niet:
• In garages, keukens, ketelruimtes, kruipruimtes en onvoltooide zolders.
Vermijd extreem stoffige, vuile of vette ruimtes.
• Waar verbranding deeltjes worden geproduceerd. Verbranding deeltjes
vormen zich als er iets brandt. Gebieden om dit te voorkomen zijn
onder andere slecht geventileerde keukens, garages, en ketelhuizen.
Houd eenheden minstens 6 meter (20 voet) van de bronnen van
verbrandingsdeeltjes (fornuis, boiler, geiser, kachel) indien mogelijk. In
gebieden waar een afstand van 6-meter (20 meter) niet mogelijk is - in
modulaire, mobiel of kleinere woningen, bijvoorbeeld - is het raadzaam
de Rook/CO-melder zo ver mogelijk weg te plaatsen van deze op brandstof
werkende bronnen. De plaatsing aanbevelingen zijn bedoeld om deze te
houden Melders op een redelijke afstand van een brandstof-verbruikende
bron the houden, en dus “ongewenste” meldingen te verminderen.
Ongewenste meldingen kunnen optreden als een Rook/CO-melder direct
naast een brandstof-verbruikende bron wordt geplaatst. Ventileer deze
gebieden zoveel mogelijk.
• Binnen 1,5 meter (5 meter) van een kooktoestel. In de luchtstromen in de
buurt van keukens. Luchtstromen kunnen kookdampen naar de rookmelder
trekken en ongewenste alarmen veroorzaken.
• In extreem vochtige ruimtes. Dit alarm moet minstens 3 meter (10 voet) van
een douche, sauna, luchtbevochtiger, verdamper, vaatwasser, wasplaats,
bergruimte, of een andere bron van hoge luchtvochtigheid worden
geplaatst.
• In direct zonlicht.
• In turbulente lucht, zoals in de buurt van plafondventilatoren of open
ramen. Turbulente lucht kan voorkomen dat CO of rook de sensoren bereikt.
• Op Plaaatsen waar temperatuur lager is dan 4 °C (40 °F) of hoger dan
38 °C (100 °F). Deze gebieden omvatten non-airconditioning kruipruimtes,
onafgewerkte zolders, niet-geïsoleerde of slecht geïsoleerde daken,
veranda’s, en garages.
• In van insecten vergeven plaatsen . Insecten kunnen de openingen naar de
detectiekamer verstoppen.
• Minder dan 305 mm (12 inch) verwijderd van tl-verlichting. Elektrische ‘ruis’
kan interfereren met de sensor.
• In “dode lucht” ruimtes. Zie “Het vermijden van Dode Lucht Ruimtes”.
OPTIONELE LOCKING FUNCTIES
De optionele vergrendeling functies zijn ontworpen om ongeoorloofde
verwijdering van de batterijen of Melder te voorkomen. Het is niet nodig
de vergrendeling te activeren in eengezinswoningen waar ongeoorloofde
verwijdering van batterij of Melder geen probleem is.
Deze Rook/CO-melder heeft twee aparte vergrendeling functies: een om het
batterijcompartiment te vergrendelen, en de andere om de Rook/CO-melder te
vergrendelen op de montagebeugel. U kunt ervoor kiezen om beide functies
zelfstandig te gebruiken, of ze beide te gebruiken.
Benodigd gereedschap:
• Punttang of mes
• Standaard platte schroevendraaier.
Beide vergrendeling functies gebruiken borgpennen die zijn gegoten in de
montagebeugel. Afhankelijk van welke vergrendeling functies u gebruikt,
verwijder een of beide pennen van de montagebeugel met punttang of een
scherp mes.
BELANGRIJK: Voor het definitief
verwijderen van de borgpen, steekt
u een schroevendraaier tussen de
borgpen en het slot en wrik de pin
uit het slot.
HET BATTERIJCOMPARTIMENT
VERGRENDELEN
Het batterijcompartiment niet
vergrendelen totdat u de batterij hebt geactiveerd en de Rook/CO-melder hebt
getest.
1. Plaats de batterijen voordat u het alarm aan de beugel bevestigt. Plaats
de twee (2) AA-batterijen (meegeleverd) in het batterijcompartiment.
Zorg dat de aansluitingen op de uiteinden van de batterijen met de
aansluitpunten op het toestel overeenstemmen. Paar “+” met “+” en “-”
met “-.” Als de batterijen niet volledig ingebracht zijn, kan het apparaat
geen batterijvoeding ontvangen.
2. Druk en houd Test/Silence-knop ingedrukt totdat het alarm afgaat.
Als het apparaat niet afgaat tijdens het testen, nieuwe batterijen installeren.
BELANGRIJK: Het batterij
compartiment NIET vergrendelen!
Installeer nieuwe batterijen en test
opnieuw. Als het apparaat nog steeds
niet afgaat, vervang het onmiddleijk.
3. Verwijder de borgpen van de
montagebeugel met behulp van
punttang of een mes.
4. Druk de borgpen door het gat in
de buurt van het batterijklepje aan de achterkant van de Rook/CO-melder.
HET BATTERIJCOMPARTIMENT
ONTGRENDELEN
1. Verwijder de Rook/CO-melder van de
montagebeugel. Indien het apparaat
vergrendeld is aan de beugel,
zie hoofdstuk “Montagebeugel
Ontgrendelen.”
2. Steek een platte schroevendraaier
onder de kop van de borgpen, en wrik het
batterijcompartiment voorzichtig los van
het slot. (Bewaar de borgpen als u van plan
bent om het batterijcompartiment weer te
vergrendelen.)
3. Om het batterijvak weer te vergrendelen, sluit
het batterijklepje en plaats borgpen in
het slot.
4. Herbevestig de Rook/CO-melder aan de
montagebeugel.
BELANGRIJK: Bij het vervangen van de
batterijen, test altijd de Rook/CO-melder
alvorens het batterijcompartiment weer te
vergrendelen.
DE MONTAGEGSBEUGEL VERGRENDELEN
1. Verwijder een borgpen van de
montagebeugel met behulp
van punttang of een mes.
2. Plaats de borgpen door de
opening aan de achterzijde van
de Rook/CO-melder zoals in de
tekening.
3. Wanneer u de Rook/CO-melder
aan de montagebeugel bevestigt, zal de kop
van de borgpen passen in een inkeping op de
beugel.
DE MONTAGEGBEUGEL VERGRENDELEN
1. Steek een platte schroevendraaier in de
rechthoekige uitsparing op de montagebeugel die
het dichtst bij de borgpen ligt.
2. Trek de Rook/CO-melder weg van de beugel door
op de schroevendraaier te drukken en draai de
Rook/CO-melder tegelijkertijd tegen de wijzers can
de klok in (links).
WEKELIJKSE TEST
WAARSCHUWING:
• Gebruik NOOIT een open vlam van welke aard dan ook om dit apparaat te
testen. U kunt het apparaat per ongeluk beschadigen of brand veroorzaken
aan het apparaat of uw woning. De ingebouwde testschakelaar toetst de
werking van het apparaat nauwkeurig.
• NIET in de buurt van het alarm staan als de sirene klinkt. Blootstelling op
korte afstand kan schadelijk zijn voor uw gehoor. Bij het testen, stap weg als
sirene begint te klinken.
LET OP: Het is belangrijk om dit apparaat elke week te testen om te controleren
of het werkt naar behoren. De aanbevolen manier om deze Rook/CO-melder te
testen is met behulp van de testknop.
Houd de Test/Silence-knop 3-5 seconden ingedrukt tot de melder afgaat.
• De sirene zal 3 pieptonen, pauze, 3 piepjes maken. De Power/Smoke LED
knippert rood en de CO-LED zijn uit.
• Vervolgens zal de sirene 4 pieptonen, pauze, 4 piepjes maken. De Power/
Smoke LED is Uit en de CO-LED knippert rood.
Als het apparaat niet afgaat, zorg ervoor dat de batterijen correct zijn
geïnstalleerd, en test opnieuw. Als het apparaat nog steeds niet afgaat,
vervang het onmiddleijk.
VERMIJDEN VAN DODE LUCHT RUIMTES
“Dode lucht” ruimtes kunnen verhinderen dat rook de Rook/CO-melder
bereikt. Volg de installatie aanbevelingen om dode lucht ruimtes te
voorkomen.
Op plafonds, installeer rook/CO-melders zo dicht mogelijk bij het midden van
het plafond als mogelijk. Als dit niet mogelijk is, plaats de Rook/CO-melder
ten minste 102 mm (4 inch) van de wand of hoek.
Voor bevestiging aan de muur (indien toegestaan door de
bouwvoorschriften), moet de bovenste rand van de Rook/CO-melder tussen
150 mm (6 duim) en 305 mm (12 inch) van de muur/plafond lijn geplaatst
worden, onder de typische “dode lucht” ruimtes.
Op een een gepiekt met gevel of kathedraal plafond, installeer eerst rook/
CO-melder binnen 0,9 meter (3 voet) van de piek van het plafond, horizontaal.
gemeten. Extra Rook/CO-melders kunnen worden vereist, afhankelijk van de
lengte, hoek, enz. van de helling van het plafond. Raadpleeg de BS 5839 Deel
6 - en lokale bouw-regelgeving voor meer informatie over vereisten voor
hellende of puntige plafonds.
HOE DEZE MELDER TE INSTALLEREN
BELANGRIJK: Deze combinatie Rook/CO-melder is ontworpen om te
worden gemonteerd op het plafond of de muur. Het is geen tafel apparaat.
U moet dit apparaat aan het plafond of de muur bevestigen, zoals hieronder
aangegeven. Lees “Waar Deze Melder te Installeren” voordat u begint.
ONDERDELEN VAN DEZE ROOK/CO-MELDER
1 Test/Silence-knop
2 Batterijvak
3 Power/Rookmelder LED
4 CO-melder LED
Gereedschap dat u nodig hebt: potlood,
boormachine met 5mm (3/16“) boor, platte
schroevendraaier, hamer.
LET OP:
• Sluit dit apparaat niet aan op een ander alarm of externe apparatuur. Het is
een op zichzelf staande eenheid die niet kan worden gekoppeld aan andere
apparaten. Aansluiten van een ander apparaat aan dit apparaat kan tot
gevolg hebben dat het niet goed werkt.
• Sluit dit apparaat niet aan op lichtnetkabels of gaten in het plafond. Door
luchtstromen wordt rook belemmert in het bereiken van de detectiekamer
en belet het apparaat alarm te slaan . Alleen AC-stroom gevoede eenheden
zijn bedoeld voor installatie over lichtnet kabels.
BELANGRIJK: Als u het batterijl compartiment wilt vergrendelen, of de
Rook/CO-melder wilt vergrendelen aan de montagebeugel, lees dan het
onderdeel “Optionele Vergrendeling Mogelijkheden”.
1. Houdt de basis stevig vast en draai de montagebeugel tegen de klok in
(links) om het te scheiden van het apparaat.
2. Houd de montagebeugel tegen het plafond (of muur) zodat het Vertica
montage slot iin de 12 uur positie staat en markeer rond de binnenkant
van de montage-gaten (horizontale en verticale montage).
3. Zet het apparaat ergens waar het niet met stof wordt bedekt terwijl u de
montagegaten boortt.
4. Boor met behulp van een 5 mm (3/16-inch) boor een gat door elke potlood
markering.
5. Plaats de plastic pluggen in de gaten. Tik , indien nodig, zachtjes tegen de
pluggen met een hamer tot ze gelijk zijn met het plafond of de muur.
6. Plaats de montagebeugel over de plastic pluggen.
7. Schroef de montagebeugel aan het plafond of muur door middel van de
montage-gaten met de bijgeleverde twee schroeven.
8. Voordat u het alarm aan de beugel bevestigd, plaatst u de twee (2)
AA-batterijen (meegeleverd) in het batterijcompartiment. Zorg dat de
aansluitingen op de uiteinden van de batterijen met de aansluitpunten
op het toestel overeenstemmen. Paar “+” met “+” en “-” met “-.”
Als de batterijen niet volledig ingebracht zijn, kan het apparaat geen
batterijvoeding ontvangen.
LET OP: Het apparaat kan een korte pieptoon maken wanneer u de batterijen
plaatst. Dit is normaal. Het GROENE lampje knippert ongeveer elke 60
seconden wanneer het toestel de batterij voeding ontvangt.
WAARSCHUWING: Het batterijklepje zal niet sluiten, tenzij de batterijen zijn
geïnstalleerd. Deze waarschuwt u dat het apparaat niet zal werken zonder
batterijen.
9. Bevestig de Rook/CO-Melder aan de
montagebeugel. Plaats de geleiders
op de basis van de melder op de
geleiders op de montagebeugel.
Wanneer geleiders gelijk staan, draait
u de basis met de klok mee (rechts)
totdat deze vastklikt.
LET OP: Zodra de Rook/CO-melder op
de montagebeugel is geklikt, kunt u de
Rook/CO-melder draaien om de uitlijning
aan te passen.
10. Test de Rook/CO-Melder. Zie “Wekelijks Testen” voor details.
REGELMATIG ONDERHOUD
Dit apparaat is ontworpen om zo onderhoudsvrij mogelijk te zijn, maar er zijn
een paar eenvoudige dingen die u moet doen om het goed te laten werken.
Gebruik alleen de vervangende batterijen zoals hieronder vermeld. Het
apparaat kan niet juist werken met andere batterijen. Gebruik nooit oplaadbare
batterijen omdat zij niet kunnen zorgen voor een constante last.
• Test het op zijn minst een keer per week.
• Maak de Rook/CO-Melder ten minste een keer per maand voorzichtig
schoon; stofzuig de buitenkant van de Rook/CO-Melder met behulp van
de zachte borstel van uw stofzuiger. Een spuitbus met schone perslucht
(verkocht in computer of kantoorwinkels) kan ook worden gebruikt. Volg de
instructies van de fabrikant voor gebruik. Test de Rook/CO-Melder. Gebruik
nooit water, schoonmaakmiddelen of oplosmiddelen, deze kunnen het
toestel beschadigen.
• Als de Rook/CO-melder vervuild raakt door overmatig vuil, stof en/of
smeer, en niet meer kan worden gereinigd om ongewenste meldingen te
voorkomen, vervang het toestel onmiddellijk.
• Verplaats het apparaat als het vaak ongewenst alarm slaat. Zie “Waar Deze
Melder Niet Geïnstalleerd Mag Worden” voor details.
Het kiezen van een vervangende batterij: Uw rook/CO-melder heeft twee
standaard AA-batterijen. De volgende batterijen zijn aanvaardbaar als
vervanging: Duracell MN1500 (LR6), Energizer E91. Deze vervangende
batterijen zijn algemeen verkrijgbaar bij plaatselijke winkels.
BELANGRIJK: De werkelijke levensduur van de batterij is afhankelijk
van de Rook/CO-Melder en de omgeving waarin deze is geïnstalleerd. Alle
bovengenoemde batterijen zijn aanvaardbare vervangende batterijen voor dit
toestel. Onafhankelijk van door de fabrikant voorgestelde levensduur van de
batterij, MOET u de batterij vervangen wanneer het apparaat begint te “tjilpen”
(de “low batterij waarschuwing”).
Vervangen van de batterijen (zonder het verwijderen van de Melder aan het
plafond of muur):
1. Open het batterijcompartiment.
2. Druk op tabs A en B zoals aangegeven in
het schema en verwijder de batterijen.
3. Plaats de nieuwe batterijen, zorg
ervoor dat ze volledig in het
batterijcompartiment klikken. Zorg dat
de aansluitingen op de uiteinden van de
batterijen met de aansluitpunten op het
toestel overeenstemmen.
4. Sluit het batterijcompartiment, en test
het apparaat door op de Test/Silence-
knop te drukken.
WAARSCHUWING: Tips om te vermijden dat de sensor in de rook- en
koolmonoxidemelder wordt verontreinigd en daardoor minder betrouwbaar
wordt:
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen bij het reinigen van de rook- en
koolmonoxidemelder.
Veeg deze gewoon af met een licht bevochtigde doek.
Verf de rook- en koolmonoxidemelder niet.
Spuit niet met een spuitbus op of nabij de detector.
Gebruik geen producten op basis van oplosmiddelen nabij de rook- en
koolmonoxidemelder.
Bewaar de detector op een veilige plek (en in een plastic zak) voordat u begint
met verven, behangen of wanneer u andere activiteiten uitvoert waarbij sterke
dampen vrijkomen. Vergeet niet de rook- en koolmonoxidemelder uit de zak te
nemen en terug te plaatsen als u klaar bent.
ALS UW ROOK/CO ALARM AFGAAT
Wat te doen voor de eerste-identificatie van het type alarm
Type Alarm Wat u ziet en hoort
Koolmonoxide
(CO)
CO LED: Knipperend ROOD sirene: 4 pieptonen, pauze, 4
pieptonen, pauze Power/Smoke LED: Off
Smoke
(Rook)
Power/Smoke LED: Knipperend ROOD sirene: 3 pieptonen,
pauze, 3 pieptonen, pauze CO LED: Off
“MELDER VERPLAATSING NAAR FRISSE LUCHT”
Indien u de sirene 4 pieptonen, pauze, 4 pieptonen, pauze hoort maken en het
RODE CO-lampje knippert, verhuis iedereen naar een bron van frisse lucht.
Afgaan van uw CO-melder geeft de aanwezigheid van koolmonoxide (CO) aan
die dodelijk kan zijn. Met andere woorden, als uw CO-melder klinkt, moet u dit
niet negeren!
Als schadelijke niveaus van koolmonoxide worden gedetecteerd, laat het
alarm een reeks van vier signalen horen, gevolgd door een korte pauze; dit
zal vergezeld gaan van een knipperend rood licht. Dit patroon wordt herhaald
totdat het alarm met succes opnieuw ingesteld is. Als het alarm een ander
patroon van piepjes uitzendt zie onderdeel “Begrijp uw CO-melder “.
Als het alarm klinkt, als volgt reageren:
1. Als iemand de gevolgen van koolmonoxidevergiftiging ervaart—
hoofdpijn, duizeligheid, misselijkheid of andere ‘griepachtige’
symptomen:
2. Open de deuren en ramen om te ventileren.
3. Schakel alle op brandstof werkende toestellen uit waar mogelijk en stop
met het gebruik ervan.
4. Verlaat het pand en laat de deuren en ramen open.
5. Bel uw gas-of andere brandstofleverancier op hun noodnummer.
6. Noteer deze nummers hier:
Gas leverancier: - Gas Safe Monteur: - Ziekenhuis/Dokter: -
7. Betreedt de woning niet opnieuw tot het alarm is gestopt.
8. Zoek onmiddellijk medische hulp voor iedereen die lijdt aan de gevolgen
van koolmonoxidevergiftiging (hoofdpijn, misselijkheid), en meld dat
koolmonoxide vergiftiging wordt vermoed.
9. Geen gebruik maken van de op brandstof werkende apparaten totdat ze
zijn gecontroleerd door een deskundige. In het geval van gastoestellen,
moet dit door een GasSafe erkend installateur worden gedaan.
10. Als er geen symptomen zijn, druk op de Test/Reset-knop en ventileer de
woning onmiddellijk door het openen van de ramen en deuren.
11. Het alarm kan worden uitgezet door op de Test/Reset-knop te drukken.
Melders hebben verschillende beperkingen. Zie “Algemene Beperkingen van
CO Melders” voor details.
Als uw rook/CO melder afgaat
REAGEREN OP EEN MELDING
Indien u de sirene 3 pieptonen, pauze, 3 pieptonen, pauze hoort maken en
het RODE ROOK-lampje knippert, wordt rook waargenomen.
Evacueer iedereen uit het gebouw.
WAARSCHUWING:
• Als het alarm afgaat en u bent het apparaat niet aan het testen, dan betreft
het een waarschuwing voor een potentieel gevaarlijke situatie die uw
onmiddellijke aandacht vereist. Negeer nooit een alarm. Het negeren van
het alarm kan leiden tot letsel of de dood.
• Verwijder nooit de batterijen uit een op batterijen werkende Rook/CO-
melder om een vals alarm (veroorzaakt door kookwalmen, etc.) te stoppen.
Het verwijderen van batterijen schakelt het alarm uit zodat het geen rook
kan detecteren, en verwijdert uw bescherming. Open een venster in plaats
daarvan of waaier de rook uit de buurt van het apparaat. Het alarm wordt
automatisch gereset
• Als het alarm afgaat laat iedereen de woning verlaten.
Wat te doen bij brand
• Raak niet in paniek, blijf rustig. Volg uw familie vluchtplan.
• Verlaat de woning zo snel mogelijk. Stop niet om u aan te kleden of wat dan
ook mee te nemen.
• Voel deuren met de rug van uw hand voordat u ze opent. Als een deur koel
is, langzaam openen. Open nooit een hete deur. Houd deuren en ramen
gesloten, tenzij u via deze moet ontsnappen.
• Bedek uw neus en mond met een doek (bij voorkeur vochtig). Neem korte,
oppervlakkige ademhalingen.
• Ontmoet op de afgesproken plaats buiten uw woning, en tel iedereen om u
te verzekeren dat iedereen de woning veilig heeft verlaten.
• Bel de brandweer zo snel mogelijk buiten de woning. Geef uw adres, dan
uw naam.
• Ga nooit terug in een brandend gebouw om welke reden dan ook.
• Neem contact op met Brandweer voor suggesties om uw huis veiliger te
maken.
WAARSCHUWING: Melders hebben verschillende beperkingen. Zie
“Algemene Beperkingen van Rook/CO-melders” voor details.
Sprue Safety Products Ltd of FirstAlert is niet verplicht om te betalen voor enig
rook of koolmonoxide onderzoek of service call.
Gebruik van de stilte functie
Verwijder nooit de batterijen om een vals alarm af te zetten. Het verwijderen
van de batterij schakelt het alarm uit en verwijdert uw bescherming.
De Stilte Functie is bedoeld om tijdelijk de sirene uit te zetten terwijl u het
probleem identificeert en oplost. Gebruik de Stilte Functie niet in geval van
noodsituaties situaties. Dit zal een CO probleem niet oplossen of een brand
blussen.Om de Stilte Functie te gebruiken houdt u de Test/Silence-knop op het
deksel van het Rook/CO Alarm 3 seconden lang ingedrukt.
Als het geluid van de Rookmelder wordt uitgezet
De Rookmelder is 15 minuten stil en keert dan terug naar de normale werking.
Als de rook niet weg is-of blijft toenemen-zal het apparaat een nieuwe melding
geven.
Als het geluid van de CO-melder wordt uitgezet
De CO-melder zal 4 minuten stil zijn. Na 4 minuten, als CO-niveaus aanhouden
blijven zal de sirene weer afgaan.
Einde levensduur signaal uitzetten
Deze stilte functie kan de Einde Levensduur waarschuwing “tjilp” tot 2 dagen
tijdelijk uitzetten. U kunt de “tjilp” van de Einde Levensduur waarschuwing
uitzetten door op de Test/Silence knop te drukken. De sirene zal tjilpen om te
bevestigen dat de Einde Levensduur stilte functie is geactiveerd. Na ongeveer
2 dagen, zal de Einde Levensduur “tjilp” hervatten. Na ongeveer 2-3 weken kan
de Einde levensduur waarschuwing niet meer worden uitgezet.
WAT U MOET WETEN OVER CO
Wat is CO?
CO is een onzichtbaar, reukloos, smaakloos gas dat ontstaat als fossiele
brandstoffen niet volledig verbranden, of worden blootgesteld aan hitte
(meestal brand). Elektrische apparaten produceren meestal geen CO Deze
brandstoffen zijn: Hout, kool, houtskool, olie, aardgas, benzine, kerosine en
propaan.
Gewone apparaten zijn vaak bronnen van CO. Indien ze niet goed onderhouden
zijn, niet goed geventileerd, of in geval van storing, kunnen CO niveaus snel
stijgen. CO is een reëel gevaar nu dat woningen energiezuiniger zijn. “Lucht
dichte” huizen met extra isolatie, verzegelde ramen en andere weerbestendige
toepassingen kunnen CO binnen “vasthouden”.
Symptomen van CO vergiftiging
De volgende symptomen zijn gerelateerd aan CO-vergiftiging en moeten
worden besproken met ALLE leden van het huishouden.
Lichte Blootstelling: Lichte hoofdpijn, misselijkheid, braken, vermoeidheid
(“griepachtige” symptomen). Medium Blootstelling: Kloppende hoofdpijn,
sufheid, verwardheid, snelle hartslag. Extreme Blootstelling Convulsies,
bewusteloosheid, hart- en longfalen. Blootstelling aan Koolmonoxide kan
leiden tot schade aan de hersenen en overlijden.
WAARSCHUWING: Sommige personen zijn gevoeliger voor CO dan
anderen, waaronder mensen met hart-of ademhalingsproblemen, kinderen,
ongeboren baby’s, zwangere vrouwen, of oudere mensen kunnen sneller en
zwaar getroffen worden door CO Leden van kwetsbare bevolkingsgroepen
moeten hun huisarts raadplegen voor advies over het nemen van extra
voorzorgsmaatregelen.
Het vinden van de bron van CO na een melding
Brandstof verbruikende apparaten zoals: draagbare verwarming, gas of op
hout brandende open haard, gasfornuis of kookplaat, gas wasdroger.
Beschadigde of onvoldoende ventilatie: gecorrodeerd of niet aangesloten
afvoer van de geiser ventilatie, lekkende schoorsteenpijp of rookkanaal, of
gebarsten warmtewisselaar, geblokkeerde of verstopte schoorsteen opening.
Onjuist gebruik van het toestel/apparaat: het bedienen van een barbecue of
voertuig in een afgesloten ruimte (zoals een garage of afgeschermde veranda).
Tijdelijke CO Problemen: “tijdelijke” of aan-uit-weer aan CO problemen
kunnen worden veroorzaakt door weersinvloeden en andere bijzondere
omstandigheden.
De volgende omstandigheden kunnen resulteren in tijdelijke CO situaties:
1. Overmatig morsen of omgekeerde ventilatie van brandstof apparaten als
gevolg van weersinvloeden zoals:
• Windrichting en/of snelheid, met inbegrip van hoge windvlagen. Zware
lucht in de ontluchtingspijpen (koude/vochtige lucht met langere periodes
tussen de cycli).
• Negatief drukverschil als gevolg van het gebruik van afzuigventilatoren.
• Meerdere apparaten die op hetzelfde moment concurreren voor beperkte
luchthoeveelheid.
• Losse aansluitingen van afvoerpijpen van wasdrogers, boilers of geisers.
• Obstakels of onconventionele ontluchtingspijp ontwerpen die het volume
van de bovenstaande situaties vergroten.
2. Langdurig gebruik van afvoerloze brandstof verbruikende apparaten
(fornuis, oven, open haard).
3. Temperatuurinversies, waardoor verbrandingsgassen in de buurt van de
grond vast komen te zitten.
4. Stationair draaiende auto in een open of gesloten aangebouwde garage,
of in de buurt een huis.
Deze omstandigheden zijn gevaarlijk omdat ze uitlaatgassen in uw huis kunnen
vasthouden.
Aangezien deze voorwaarden kunnen komen en gaan, zijn ze tevens moeilijk te
recreëren Tijdens een CO onderzoek.
HOE KAN IK MIJN GEZIN BESCHERMEN TEGEN CO VERGIFTIGING?
Een CO-Melder is een uitstekende manier van bescherming. Het controleert
de lucht en slaat een luid alarm voordat koolmonoxide niveaus bedreigend
worden voor gemiddelde, gezonde volwassenen.
Een CO-melder is geen vervanging voor een goed onderhoud van
huishoudelijke apparaten.
Om CO problemen en het risico op CO-vergiftiging te voorkomen:
• Reinig schoorstenen en rookkanalen jaarlijks. Houd ze vrij van afval,
bladeren, en nesten voor een goede luchtstroom. Doe ook een
professionele controle van roest en corrosie, scheuren of scheidingen. Deze
omstandigheden kunnen een goede luchtstroom belemmeren en kunnen
backdrafting veroorzaken. Nooit een schoorsteen afdekken of bedekken op
een manier die de luchtstroom kan blokkeren.
• Test en onderhoud alle op brandstof werkende apparatuur jaarlijks. In het
geval van gastoestellen moet dit door een GasSafe erkend installateur
worden gedaan. Veel lokale gas-of olie-bedrijven en verwarmingsbedrijven
bieden toestelonderhoud- en inspectiecontracten. Als een
onderhoudsmonteur/reparateur langs komt voor een onderhoudsbeurt van
uw verwarmings-en kooktoestellen, zorg er voor dat volgende controles
worden uitgevoerd als u niet in staat bent dit zelf te doen.
• Doe regelmatig visuele inspecties van alle op brandstof werkende
apparaten. Controleer apparatuur op overmatige roest en ketelsteen.
Controleer ook de vlam in de brander en controlelampjes. De vlam moet
blauw zijn. Een gele vlam betekent dat brandstof niet volledig wordt
verbrand en CO aanwezig kan zijn. Houd de deur van de ketel gesloten.
Gebruik ventilatieopeningen of ventilatoren indien ze beschikbaar zijn op
alle op brandstof werkende apparaten. Zorg er voor dat apparaten naar
buiten afgevoerd worden. Gebruik een grill of barbecue niet binnenshuis of
in garages of op afgeschermde veranda’s.
• Controleer op het terugstromen van uitlaatgassen van CO bronnen.
Controleer of de ventilatie-kap van een werkende ketel op backdraft.
Controleer op scheuren in warmtewisselaars van ketels.
• Controleer het huis of garage aan de andere kant van een gedeelde muur.
• Houd ramen en deuren een beetje open. Als u vermoedt dat CO ontsnapt in
uw huis, open een raam of een deur. Het openen van ramen en deuren kan
CO niveaus aanzienlijk verminderen.
Maak uzelf vertrouwd met alle bijgeleverde materialen. Lees deze handleiding
in zijn geheel, en zorg ervoor dat u begrijpt wat te doen als uw CO-Melder
afgaat.
WETTELIJK VERPLICHTE INFORMATIE VOORROOK/CO MELDERS
Wettelijk verplichte informatie voor CO melders
WELKE CO NIVEAUS VEROORZAKEN EEN MELDING?
EN 50291-1:2010 + A1:2012 norm voor activatie van Binnenlandse
Koolmonoxidemelders bij blootstelling aan CO en blootstellingstijd zoals
hieronder beschreven.
Dit wordt gemeten in CO delen per miljoen (ppm) per tijdseenheid (in minuten).
De koolmonoxide concentraties en tijdsnormen voor de melders zijn als volgt:
Koolstof
Monoxide
Concentratie
Geen Melding
voordat
Zal afgaan
voordat
50 ppm
100 ppm
300 ppm
60 minuten
10 minuten
—
90 minuten
40 minuten
3 minuten
BELANGRIJK: CO Melders zijn ontworpen om te alarmeren voordat er een
acute levensbedreigende situatie ontstaat.
Omdat je CO niet kunt zien of ruiken, neem nooit aan dat het niet aanwezig is.
Blootstelling aan 100 ppm CO gedurende 20 minuten heeft geen effect
op gemiddelde gezonde volwassenen maar na 4 uur kan hetzelfde niveau
hoofdpijn veroorzaken.
Een blootstelling van 400 ppm CO kan na 35 minuten leiden tot hoofdpijn in
gemiddelde gezonde volwassenen, maar kan na 2 uur overlijden tot gevolg
hebben.
BELANGRIJK: Deze CO-melder meet de blootstelling aan CO over een
bepaalde tijdsduur. Het gaat af als CO-gehaltes extreem hoog worden in een
korte tijd, of als CO niveaus een bepaald minimum bereiken gedurende een
lange periode. De CO-melder geeft over het algemeen een melding voordat
symptomen zich beginnen te vertonen in gemiddelde, gezonde volwassenen.
Waarom is dit belangrijk? Omdat u moet worden gewaarschuwd voor een
mogelijk CO probleem terwijl u nog steeds op tijd kunt reageren. In veel
gemelde gevallen van CO-blootstelling zijn slachtoffers zich wellicht bewust
dat ze zich niet goed voelen, maar raken ze gedesoriënteerd en kunnen niet
meer goed genoeg reageren goed om het gebouw te verlaten of hulp te krijgen.
Ook jonge kinderen en huisdieren kunnen als eerste worden beïnvloed. De
gemiddelde gezonde volwassene voelt wellicht geen symptomen wanneer
de CO-Melder klinkt. Echter, mensen met hart-of ademhalingsproblemen,
kinderen, ongeboren baby’s, zwangere vrouwen, of oudere mensen kunnen
sneller en zwaar worden getroffen door CO Zelf als u milde symptomen van
CO-vergiftiging ervaart, raadpleeg uw arts onmiddellijk!
Hoorbaar alarm: 85 dB minimaal op 3 meter (10 voet).
Wettelijk Verplichte Informatie Voor Co-Melders
British Standards (BSI) Aanbevelingen
Rookmelder
Slaap-
kamer
Keuken
Badkamer
Garage
Hal
Overloop
Woon-
kamer
Zolder
BS 5839 Deel 6 (Gedragscode voor het ontwerp en de installatie van
branddetectie- en alarmsystemen in woningen).
Rookmelders worden geïnstalleerd in alle circulatie ruimtes (normaal
gesproken gangen en trappen) die deel uitmaken van vluchtwegen, een op elk
niveau, en in alle kamers en ruimtes met een hoog brandgevaar. Bovendien
moeten Rookmelders ook worden geïnstalleerd tussen slaapgedeelte (s) en de
meest waarschijnlijke brandhaarden (woonkamer en keuken).
Indien er lange gangen, of beschermde lokalen of ruimten meer dan
7,5 meter (25 voet) van de dichtstbijzijnde eenheid zijn, kan de installatie van
extra Rookmelders noodzakelijk zijn. Dakruimtes waar brandbare stoffen
opgeslagen zijn of ontstekingsbronnen kunnen ook de installatie van extra
Rookmelders vereisen.
De installatie van Rookmelders in keukens, toiletten, badkamers of douche
wordt niet aanbevolen, omdat in deze locaties omstandigheden soms kunnen
leiden tot verkeerde werking.
Meer in het bijzonder; Rookmelders installeren:
• Wanneer temperatuur normaliter tussen 4 °C (40 °F) en 38 °C (100 °F) blijft.
• Op elk niveau van uw woning, met inbegrip van afgewerkte zolders.
• In elke slaapkamer, vooral als mensen slapen met de deur dicht.
• In de hal bij elke slaapkamer. Als uw woning meerdere slaapkamers heeft,
installeert u een eenheid in elke slaapkamer. Als een hal meer dan7,5 meter
(25 voet) lang is, installeer een melder aan elk uiteinde.
• Aan de bovenkant van de eerste naar de tweede verdieping en de
bijbehorende trappen, en onderaan bij de trap van de begane grond.
BELANGRIJK: Specifieke eisen voor Rookmelder installatie kan verschillen
van regio tot regio. Neem contact op met uw lokale brandweer en bouwtoezicht
voor de huidige eisen in uw omgeving.
Aanbevolen locaties voor rookmelders
Over rookmelders
Batterij (DC) aangedreven Rookmelders: Zorg voor bescherming, zelfs als de
elektriciteit uitvalt, mits de batterijen nieuw zijn en juist zijn geïnstalleerd.
Apparaten zijn eenvoudig te installeren, en vereisen geen professionele
installatie. Ze kunnen ook met elkaar verbonden zijn, afhankelijk van het
model, dus als een eenheid rook detecteert, slaan alle eenheden alarm.
Stroomnet (AC) gevoede Rookmelders: Kunnen met elkaar worden verbonden,
zodat als een eenheid rook detecteert, alle eenheden alarm slaan. Ze werken
niet als elektriciteit uitvalt.
Netvoeding (AC) met batterij (DC) back-up: blijft werken in geval elektriciteit
uitvalt, mits de batterijen nieuw zijn en juist zijn geïnstalleerd. Netvoeding (AC)
en op het lichtnet aangesloten met batterij back-up (AC/DC)-eenheden moet
worden geïnstalleerd door een erkend elektricien.
Alle Rookmelders zijn ontworpen om vroegtijdige waarschuwing van brand
te geven indien geplaatst, geïnstalleerd en onderhouden, zoals beschreven in
de handleiding, en als zij door rook worden bereikt. Als u niet weet welk type
rookmelder u moet installeren, wordt verwezen naar British Standard (BS)
5839 deel 6 en 5588 deel 1. BSI, 389 Chiswick High Road, London, W4 4AL, UK.
Lokale bouwvoorschriften kunnen bovendien specifieke eenheden vereisen in
nieuwbouw of in verschillende delen van de woning.
SPECIALE NALEVING OVERWEGINGEN
WAARSCHUWING: Deze Rookmelder alleen is niet geschikt als vervanging
voor volledige branddetectie systemen op plaatsen van huisvesting
van veel mensen-zoals flats (gemeenschappelijke vluchtwegen), hotels,
motels, hotels, pensions, ziekenhuizen, zorginstellingen, verpleeghuizen,
kinderopvang, of aanleunwoningen van welke aard dan ook, zelfs als deze
ooit eengezinswoningen waren. Het is geen geschikt alternatief voor complete
branddetectiesystemen in magazijnen, industriële installaties, commerciële
gebouwen, en niet-residentiële gebouwen voor speciale doeleinden die
speciale branddetectie-en alarmsystemen vereisen. Afhankelijk van de
bouwvoorschriften in uw regio, kan deze Rookmelder worden gebruikt om
extra bescherming te bieden in deze faciliteiten.
De volgende informatie is van toepassing op alle vier typen gebouwen
hieronder:
In nieuwbouw vereisen de meeste bouwvoorschriften uitsluitend Rookmelders
met het gebruik van netstroom (AC) of op het lichtnet aangesloten met
geïntegreerde stand-by voeding (AC/DC) Rookmelder.
In bestaande constructie, kunnen Rookmelders aangesloten op het lichtnet
(AC), netstroom aangedreven met geïntegreerde stand-by voeding (AC/DC),
of batterij (DC) gevoede Rookmelders worden gebruikt zoals gespecificeerd
in de lokale bouwvoorschriften. Raadpleeg de Britse Norm BS 5839 Deel 6 en
BS 5588 deel 1, lokale gebouwen voorschriften, of raadpleeg uw Brandweer
voor gedetailleerde brandveiligheidsvoorschriften in de gebouwen die niet zijn
gedefinieerd als “Woningen.”
1. Eengezinswoning: Het wordt aanbevolen dat Rookmelders worden
geïnstalleerd in alle circulatie ruimtes (normaal gesproken gangen and
trappen) die deel uitmaken van vluchtwegen, op elk niveau, in alle kamers
en ruimtes met een hoog brandrisico en tussen slaapgedeelte(s) en de
meest waarschijnlijke bronnen van brand (woonkamer en keuken).
2. Multi-gezinswoningen of Gemengde bewoning: Flatgebouwen.
Deze rookmelder is geschikt voor gebruik in individuele appartementen,
waar reeds een primair branddetectiesysteem bestaat om te voldoen
aan branddetectie in de gemeenschappelijke ruimtes zoals hallen,
gangen, corridors, of veranda’s. Het gebruik van deze rookmelder in
gemeenschappelijke ruimten geeft niet noodzakelijkerwijs een voldoende
waarschuwing voor alle inwoners of voldoet niet noodzakelijkerwijs aan
de plaatselijke brandweer voorschriften met betrekking tot de wet- en
regelgeving.
3. Instellingen: Ziekenhuizen, kinderopvang, langdurige
gezondheidszorginstellingen. Deze Rook melder kan geschikt zijn
voor gebruik in de individuele patiënt slaap- en bewoonde kamers,
waar reeds een primair branddetectiesysteem bestaat om te voldoen
aan branddetectie in de gemeenschappelijke ruimtes zoals hallen,
gangen, corridors, of veranda’s. Het gebruik van deze rookmelder in
gemeenschappelijke ruimten geeft niet noodzakelijkerwijs een voldoende
waarschuwing voor alle inwoners of voldoet niet noodzakelijkerwijs aan
de plaatselijke brandweervoorschriften met betrekking tot de wet- en
regelgeving.
4. Hotels en motels: Ook hostels, pensions, pensions en beschermd
wonen. Deze Rook melder kan geschikt zijn voor gebruik in de
individuele slaap- en bewoonde kamers, waar reeds een primair
branddetectiesysteem bestaat om te voldoen aan branddetectie in
de gemeenschappelijke ruimtes zoals hallen, gangen, corridors, of
veranda’s. Het gebruik van deze rookmelder in gemeenschappelijke
ruimten geeft niet noodzakelijkerwijs een voldoende waarschuwing
voor alle inwoners of voldoet niet noodzakelijkerwijs aan de plaatselijke
brandweervoorschriften met betrekking tot de wet- en regelgeving.
ALGEMENE BEPERKINGEN VAN ROOK/CO-MELDERS
Het is mogelijk dat Rook/CO-melders niet iedereen wekken. Oefen het
vluchtplan op minste tweemaal per jaar om ervoor te zorgen dat iedereen
betrokken is –- van kinderen tot grootouders. Laat kinderen de brandtrap onder
de knie krijgen en oefen vóór het houden van een brandoefening wanneer ze
‘s nachts slapen. Als kinderen of anderen niet gemakkelijk wakker worden van
het geluid van de Rook/CO-melder, of als er jonge kinderen of familieleden zijn
die slecht ter been aanwezig zijn, zorg ervoor dat iemand wordt aangewezen
om hen the helpen in geval van brandoefening en in geval van nood. Het is
aanbevolen dat u een brandoefening houdt terwijl familieleden slapen om hun
reactie op het geluid van de Rook/CO-melder te bepalen, terwijl zij slapen en
om te bepalen of zij hulp in geval van nood of een noodsituatie nodig hebben
Rook/CO-melders kunnen niet werken zonder stroom.
Eenheden die werken op batterijen werken niet als de batterijen ontbreken,
los zitten of leeg zijn, als het verkeerde type batterijen wordt gebruikt, of als
de batterijen niet goed zijn geïnstalleerd. AC-eenheden kunnen niet werken als
de netspanning wordt uitgeschakeld, om welke reden dan ook (open zekering
of stroomonderbreker, storing bij een elektrische hoofdleiding of centrale,
elektrische brand die de elektrische bedrading doorbrandt, etc.). Als u zich
zorgen maakt over de beperkingen van batterij of netstroom, installeer beide
soorten eenheden.
Rook/CO-melders kunnen geen rook of CO detecteren die de sensoren niet
bereikt Rook of CO van branden in schoorstenen of muren, op daken, of aan de
andere kant van gesloten deuren kan de detectie kamer mogelijk niet bereiken
en de melder niet doen afgaan.
Daarom moet een eenheid worden geïnstalleerd in elke slaapkamer of
slaapgedeelte–vooral als de deuren van de slaapkamer of slaapgedeelte ‘’s
nachts gesloten zijn — en in de gang tussen daartussen.
Rook/CO-melders kunnen mogelijk de rook of CO op een andere verdieping of
plaats in de woning niet detecteren. Bijvoorbeeld, een alleenstaande eenheid
op de tweede verdieping kan mogelijk geen rook dectecteren van een brand op
de begane grond tot het vuur zich verspreidt. Dit kan niet niet genoeg tijd om
veilig te ontsnappen. Daarom is de aanbevolen minimum van bescherming
ten minste een eenheid in alle circulatie ruimten (normaal gangen en en
trappen) die deel uitmaken van vluchtwegen, een op elk niveau, en inalle
kamers en ruimtes met een hoog brandgevaar. Zelfs met een eenheid op elke
verdieping, kunnen alleenstaande eenheden niet de bescherming bieden van
onderling verbonden eenheden, vooral als de brand in een afgelegen plaats
begint. Sommige veiligheidsexperts raden het installeren van een onderling
verbonden stroomnet (AC) gevoede eenheden met batterij (DC) back-up
aan (Zie “Over Rookmelders”) of professionele branddetectie, zodat als een
eenheid rook detecteert, alle eenheden alarm slaan. Met elkaar verbonden
eenheden kunnen zorgen voor eerdere waarschuwing dan alleenstaande
eenheden, omdat alle eenheden afgaan wanneer een eenheid Rook of CO
detecteert.
Het is mogelijk dat Rook/CO-melders niet worden gehoord. Hoewel de sirene
in dit toestel voldoet aan of de huidige normen of deze overtreft, kan deze
niet gehoord worden als: 1) de eenheid zich buiten een geheel of gedeeltelijk
gesloten deur bevind 2) bewoners recent alcohol of drugs gebruikt hebben,
3) het alarm wordt overstemd door het geluid van stereo, TV, verkeer,
airconditioning of andere apparaten, 4) bewoners horen gehoorgestoord
zijn of zeer diep slapen. Eenheden voor bijzondere doeleinden, zoals melders
met visuele en hoorbare melders, etc. moeten worden geinstalleerd vootr
gehoorgestoorde bewoners.
De Melder heeft mogelijk niet genoeg tijd om alarm te slaan voordat de
brand zelf schade, letsel of de dood veroorzaakt, omdat rook van sommige
branden de eenheid niet onmiddelijk kan bereiken. Voorbeelden hiervan zijn
personen die roken in bed, kinderen die met lucifers spelen, of branden die zijn
veroorzaakt door gewelddadige explosies van ontsnappend gas.
Rook/CO-melders zijn niet onfeilbaar. Net als elk ander elektronisch instrument
worden Rook/CO-melders gemaakt van componenten die kunnen verslijten
of ten allen tijde kapot kunnen gaan. U moet het systeem wekelijks testen
om uw voortdurende bescherming te garanderen. Rook/CO-melders kunnen
brand niet voorkomen of doven. Ze zijn geen vervanging voor eigendom of
levensverzekering.
Rook/CO-melders hebben een beperkte levensduur. De eenheid moet
onmiddelijk worden vervangen als het niet naar behoren functioneert. U dient
een Rook/CO-melder altijd 7 jaar na de datum van aankoop te vervangen
Schrijf de aankoopdatum op de handleiding en bewaar op een veilige plaats
voor toekomstig gebruik..
PROBLEMEN OPLOSSEN
Als de Melder ... Probleem ... U moet ...
Sirene “tjilptt”
ongeveer een keer
per minuut
Waarschuwing voor bijna
lege batterij.
Plaats twee nieuwe AA
batterijen*.
sirene geeft drie
snelle “tjilpjes” per
minuut
Apparaat werkt niet
goed, en moet worden
vervangen.
Eenheden met garantie
moeten worden
teruggebracht naar de
fabrikant voor vervanging.
Zie “Beperkte Garantie
“voor details.
Sirene maakt 5
“tjilps” elke minuut
EINDE LEVENSDUUR
SIGNAAL
Melder moet worden
vervangen.
Vervang de Melder
onmiddellijk.
ALLEEN Koolstofmonoxide Melder:
CO-melder gaat terug
in het apparaat 4
minuten nadat u op
de Test/Silence-knop
hebt gedrukt
CO-gehaltes wijzen op
een potentieel gevaarlijke
situatie.
INDIEN U SYMPTOMEN
VAN CO VERGIFTIGING
ERVAART EVACUEER uw
woning en bel 112 of de
brandweer. Zo niet, dan
drukt u nogmaals op de
Test/Silence-knop en blijf
uw woning ventileren.
CO-melder gaat
vaak af hoewel
er geen hoge CO
niveaus worden
waargenomen in een
onderzoek
De CO-melder is mogelijk
niet juist geplaatst..
Zie “Waar deze Melder
te Installeren” voor
informatie .........................
...........................................
Verplaats uw Melder. Als
frequente meldiingen
voortduren, laat uw woning
opnieuw controleren op
mogelijke CO problemen.
Het kan zijn dat u een CO
probleem heeft dat zich
herhaalt.
ALLEEN Rook melding:
Rookmelder gaat
af als er geen rook
zichtbaar is
Ongewenste Melding kan
worden veroorzaakt door
niet-dringende bron zoals
rook veroorzaakt door
koken.
Maak het deksel van de
melder schoon met een
zachte, schone doek. Als
frequente ongewenste
alarmen blijven aanhouden,
verplaats uw Melder.
Melder is wellicht te dicht
bij een keuken, fornuis of
badkamer met stoom.
* Voor een lijst van aanvaardbare vervangende batterijen, zie "Regelmatig
Onderhoud."
GARANTIE
Dit First Alert, BRK, (“de BRK Brands Europe Ltd producten”) product wordt
gedistribueerd door Sprue Safety Products Ltd (“de Distributeur”), en is
gegarandeerd vrij van gebreken in materiaal en vakmanschap bij normaal
gebruik en onderhoud gedurende een periode van 7 jaar vanaf de datum van
aankoop.
Noch de distributeur, noch BRK Brands Europe Ltd geeft enige garanties
op dit product. Nee agent, vertegenwoordiger, dealer of gebruiker van de
Distributeur of BRK Brands Europe Ltd heeft de bevoegdheid om te vergroten
of te wijzigen van de garantie te vergroten of wijzigen.
De verplichting van distributeur voor deze garantie is beperkt tot de reparatie
of vervanging van elk onderdeel van de Rook/CO-melder dat een gebrek
vertoont in materiaal of vakmanschap bij normaal gebruik en onderhoud
gedurende een periode van 7 jaar vanaf de aankoopdatum.
De distributeur is niet verplicht Rookmelders te repareren of te vervangen, die
gebreken vertonen als gevolg van schade, onredelijk gebruik, veranderingen
of aanpassingen na de datum van aankoop.
Deze garantie heeft geen invloed op de wettelijke rechten van de klant op
enigerlei wijze.
Hoe uw garantie te verkrijgen Als onderhoud nodig is, retourneer het produkt
naar uw leverancier.
Batterij: De distributeur geeft geen garantie, uitdrukkelijk of impliciet,
schriftelijk of mondeling, waaronder die van verkoopbaarheid of geschiktheid
voor een bepaald doel met betrekking tot de batterij.
GN2903R2
GEBRUIKERSHANDLEIDING
MODEL SC05
Bezoek onze website om de meest
recente handleiding te downloaden.
A
B
0086
EN 14604:2005
Smoke alarm devices
DOP:- 14/10
BS EN 14604:2005
BS EN 50291-1:2010
+ A1:2012
KM 616089
15
Specyfikacje produktu
| Marka: | First Alert |
| Kategoria: | Detektor dymu |
| Model: | SC05CE |
Potrzebujesz pomocy?
Jeśli potrzebujesz pomocy z First Alert SC05CE, zadaj pytanie poniżej, a inni użytkownicy Ci odpowiedzą
Instrukcje Detektor dymu First Alert
24 Grudnia 2024
24 Grudnia 2024
24 Grudnia 2024
24 Grudnia 2024
14 Października 2024
4 Października 2024
1 Października 2024
29 Września 2024
27 Września 2024
27 Września 2024
Instrukcje Detektor dymu
Najnowsze instrukcje dla Detektor dymu
29 Stycznia 2025
14 Stycznia 2025
13 Stycznia 2025
13 Stycznia 2025
30 Grudnia 2025
30 Grudnia 2025
30 Grudnia 2025
29 Grudnia 2024
29 Grudnia 2024
27 Grudnia 2024